Boeken en liedjes van Betty Sluyzer over je lichaam en bewegen
Je lichaam en bewegen zijn op elke peuterspeelzaal, elk kinderdagverblijf en in elke groep 1, 2 en 3 wel een keer het thema.
Ik heb veel boeken en liedjes gemaakt die je bij dit thema kunt gebruiken.
In dit hoofdstuk vind je tips bij elk van deze boeken.
Als je mijn tips en versjes overneemt, vermeld je dan erbij dat ik ze gemaakt heb?
Dat stel ik in hoge mate op prijs.
Liedjes van de cd Babygym
Liedjes van de cd Billen Buikje Boelieboem
Liedjes van de cd Circus Pindasaus
Liedjes van de cd Hee koe!
Kinderboerderij
Babba Baby dierenpret
Billen Buikje Benen
Dansen Springen Buigen
Drie haasjes gaan eten
Babba Baby kusjes en knuffels
Clowntje Piet kan alles
Mijn eerste Van Dale
Mijn tweede Van Dale
Mijn tweede Van Dale themaboekje Je lichaam
Mijn derde Van Dale
Alle CD's en boeken zijn bij mij te bestellen, behalve Clowntje Piet kan alles.
Dat boek is te leen in de bibliotheek.
LIEDJES OVER HET EIGEN LICHAAM EN BEWEGEN
Ik heb liedjes gemaakt over het eigen lichaam, over naar de wc en naar de dokter gaan, over een kuikentje dat uit z'n ei komt
, over gymmen en dansen en nog veel meer.Ze staan op de cd's Babygym, Billen Buikje Boelieboem, Circus Pindasaus en Hee koe!
De liedjes hebben titels als : Tikke takke tokter, Billen Buikje Benen, Dans je mee?, Hee koe!, Drie haasjes hoppeladie, Later word ik, Kippie Kuiken, Tandenpoetsen, Eerst was je een baby en Gymmen.
Bij alle liedjes kun je bewegen, dansen, meedoen, uitbeelden, gymmen, luisteren, zingen, ontspannen en/of meekijken in een boek.
Ik heb beweegtips voor baby's en tips voor peuters en kleuters gemaakt.
Als je een of meer cd's bij me bestelt, krijg je de beweegtips gratis over de mail.
De muziek is van Michiel Megens.
In de cd-verpakking van de eerste drie cd's zit ook een tekstboekje met de teksten van alle liedjes die erop staan.
Bij de cd Babygym krijg je een poster cadeau waarop in plaatjes en korte tekstjes te zien is hoe je met de baby op het aankleedkussen kunt spelen en bewegen.
De cd's zijn bij mij te koop.
BOEKEN OVER JE LICHAAM EN BEWEGEN
KINDERBOERDERIJ
Kinderboerderij is een raadselboek op rijm vol verrassingen.
Op elke bladzijde kunnen de kinderen raden welk dier op de volgende bladzijde te zien is.
Ze kunnen dit zien: op elke pagina is een stukje van het dier te zien.
En horen: de voorlezer maakt de geluiden.
Er valt ook heel veel te bewegen.
Bas en Marij klauteren op trapjes, op bankjes en rennen van hok naar hok.
Ze doen op elke bladzijde de dieren na.
Er is veel te zien op de kinderboerderij:
eenden, varkentjes, kippen, een haan, kuikentjes, een koe en een kalfje, een paard en een veulen, een schaap en lammetjes, konijnen en een muisje.
Bij aankoop krijg je een poster cadeau, alle beweegtips en veel kleurplaten.
Een paar tips:
Doe na het voorlezen het liedje Kinderboerderij van de cd Billen Buikje Boelieboem.
Laat bij elke zin van het liedje de bladzijde uit het boek zien.
Bewegen net als de dieren
Doe de
dieren na en beweeg net als de dieren.
Een eend waggelt en kan in het water springen en zwemmen.
Een varken zoekt naar eten op de grond en kan zijn staartje bewegen.
Een paard kan briesen, met z'n hoofd schudden, met zijn staart zwaaien, draven
en galopperen.
Een kip fladdert, kan een beetje vliegen en pikt zaadjes van de grond.
Een koe loeit en kan goed duwen.
Een lammetje kan springen en 'huppelen'.
Een konijn hupt.
Een muis kan goed klimmen en kan door kleine gaatjes kruipen.
Balanceren als een eend
Eten
als de biggetjes
De biggetjes eten appels, zonder handen.
Zet een bord met partjes appels op de grond.
Eet als een biggetje.
Het kind mag op handen en knieën, zonder handen, met de mond een stukje appel
van het bord pakken.
Knor knor, nu
ben jij ook een biggetje!
Spelen met knuffels
Zet knuffels van de dieren uit Kinderboerderij op
allerlei plekken neer.
Lees een spread (twee bladzijden) voor, sta op en zoek met de kinderen de goede
knuffel op.
Doe de knuffel na.
Maak alle geluiden.
Ga allemaal weer terug naar je voorleesplek.
______________________________
Dieren nadoen met Babba Baby dierenpret
In het boekje Babba Baby dierenpret doet Babba Baby de dieren van de dierentuin na.
Tips:
Babba doet de leeuw na. Hij loopt op handen en knieën en brult: Woeaaaa!
Babba doet de ooievaar na. Hij loopt rond en flappert met zijn armen.
Babba doet de kangoeroe na. Hij springt rond.
Babba doet de krokodil na, die zijn bek open en dicht doet. Babba klapt met gestrekte armen in zijn handen.
Babba doet de giraf na. Die heeft een lange tong. Babba doet zijn armen omhoog en hij likt aan een ijsje.
Babba doet de pinguïn na. Die glijdt op zijn buik door het water. Babba spartelt met zijn beentjes, terwijl hij op zijn buik ligt.
En de olifant doet Babba na. Hij stampt net als Babba.
Kunnen jullie de dieren ook nadoen?
_______________________________
Billen Buikje Benen
Een prentenboek over jongens, meisjes en dieren.
Over de lichaamsdelen: ogen, oren, neus, mond, wangen, gezicht, haar, handen, armen, rug, buik, navel, billen, benen.
Tips:
Lees het boek voor.
De kinderen zullen bijna automatisch de lichaamsdelen aanwijzen en de bewegingen maken die in het boek genoemd worden.
Heb je nog meer lichaamsdelen die niet genoemd staan in het boek?
Welke zijn dat?
Vaak noemen kleuters zelf de wenkbrauwen, de elleboog, de kuiten, de polsen, de enkels.
Het is niet onwaarschijnlijk dat ze ook hun schaamdelen aanwijzen en benoemen.
Bedenk van tevoren hoe je daarop wilt reageren.
In de Lees- en Speelbrief staan nog meer leuke tips.
Deze Lees- en Speelbrief met tips, versjes en liedjes kun je bij mij aanvragen.
Bij Billen Buikje Benen hoort een poster.
Achterop deze poster staan kleurplaten en tips voor verwerking.
Hang de plaat op en benoem de gezichtsonderdelen.
Kijk voor posters ook in mijn Winkel.
Knip uit allerlei bladen lichaamsdelen van dieren en mensen.
De kinderen mogen allemaal op een groot vel een mens/dier in elkaar plakken.
Je kunt ook elk kind één lichaamsdeel laten plakken.
Zo krijg je een groepsfiguur.
Doe het liedje Billen Buikje Benen van de cd Billen Buikje Boelieboem.
Bij het schrijven van het boek Billen Buikje Benen heb ik veel meer versjes gemaakt dan in het boek staan.
Die versjes staan hieronder.
Ik ga ze nog wel een keer in een nieuw boek gebruiken.
Ga eens staan.
Wijs je oren eens aan.
Zitten jouw oren ...
recht van voren?
Nee, nee, nee,
ze zitten opzij.
Luister maar goed.
Wat hoor jij?
Piep, woef, miauw...
Wie zegt dat nou?
Is dat een hond?
Nee, dat zeg ik
met mijn mond.
Daar kun je mee
eten en zingen... trala
Daar kun je mee
kussen en lachen... haha.
Je neus zit midden
in je gezicht.
Wijs hem eens aan,
met je ogen dicht?
Laat je vingers eens zien?
Kun je tellen tot tien?
Met je handen kun je zwaaien
en een heel lief hondje aaien.
Twee ogen, een neus en een mondje.
Twee oren, een tong en een kontje.
Tien vingers, twee benen, veel tanden.
Tien tenen, twee voeten, twee handen.
Buiken zijn klein of groot.
Wit, bruin of rood.
Je buik kan plat zijn of rond en bol,
helemaal leeg zijn of lekker vol.
Is jouw buikje bruin of wit?
En weet jij waar je naveltje zit?
Strek je benen, ga weer staan.
Raak met je vingers je teentjes aan.
Sta drie tellen op je kop,
en kom nu maar weer rechtop.
Met je voeten kun je stappen.
Kun jij ook in je voeten klappen?
Waarmee kwispelt een hondje?
Met zijn oren of met zijn kontje?
Zijn staart gaat heel snel heen en weer.
Mensen hebben geen staartje meer.
Wij hebben wel billen, één, twee,
om mee te dansen, doe je mee?
______________________________
Dansen Springen Buigen
Een prentenboek over Dee en Daa, een jongen en een meisje en een hoop dieren.
Over dansen en bewegen.
Over een rondje draaien, met je heupen zwaaien, met je handen zwaaien, met je tanden klapperen, stampen, springen en buigen.
Dansen Springen Buigen
is het tweede boek over Dee en Daa.Deze kinderen komen ook voor in Billen Buikje Benen, de klassieker over het thema eigen lichaam.
Tips:
Lees twee bladzijden voor.
Sla de bladzijde nog niet om.
Beantwoord de vragen die in de tekst staan.
Wijs de dieren aan op elke bladzijde.
Hoe heten die dieren?
Wat doen ze?
Doe na elke bladzijde met de kinderen na wat Dee en Daa en de dieren doen.
Doe het dansje op het liedje Dans je mee van de CD Billen Buikje Boelieboem.
In de Lees- en Speelbrief staan nog meer leuke tips.
Deze Lees- en Speelbrief met tips, versjes en liedjes kun je aanvragen bij mij.
Die krijg je gratis via de mail.
Bij Dansen Springen Buigen hoort een poster.
Achterop deze poster staan kleurplaten en tips voor verwerking.
Plastificeer de poster.
Hang de plaat op en doe na wat je ziet.
Kijk voor posters ook in mijn Winkel.
_____________________________________________
Drie haasjes gaan eten
Een prentenboek en themaboek over drie ondeugende haasjes die alles fout doen en Mama haas die altijd kalm blijft.
Over twee jongenshaasjes en een meisjeshaas.
Over gek doen en stoeien vlak voor het eten, over tafeldekken, aan tafel gaan zitten en weer van tafel gaan, de tafel afruimen en spelen.
Over goed en gek gedrag aan tafel, lekker stout zijn, gezond eten, mama helpen en afwassen.
De haasjes zitten nooit stil.
Dat hoort niet bij de haasjes.
Drie haasjes gaan eten is het derde boek over de drie haasjes.
Drie haasjes gaan slapen en Drie haasjes op de wc zijn de andere twee.
Ze zijn te leen in de bibliotheek.
Vingerpopjes
Ik verkoop hele leuke sets van drie vingerpopjes van de drie haasjes.
Witte en beige haasjes.
Steek je vinger in de achterkant van het hoofdje.
Zet ze op je vingers en laat ze bewegen.
Je kunt ze laten springen en laten buigen.
Je kunt ze ja en nee laten zeggen.
Gebruik ze tijdens het voorlezen van het boek.
Tips: Voorlezen
Lees twee bladzijden voor.
Sla de bladzijde nog niet om.
Wijs de haasjes aan op elke bladzijde.
Wat doen ze?
Doe na elke bladzijde met de kinderen na wat de drie haasjes doen.
Bij de schutbladen:
Bekijk de voorwerpen op de schutbladen.
Kies er één uit die je in huis hebt, bijvoorbeeld een banaan en verstop die.
Wijs de banaan in het boek aan. Vraag: 'Wat is dit?'
Zeg: 'Ik heb de banaan verstopt.
Zullen we de banaan gaan zoeken?'
Laat een klein stukje van de banaan uitsteken.
Zodat de kinderen de banaan gemakkelijk kunnen vinden.
Vinden ze de banaan heel snel?
Verstop dan de volgende keer een ander voorwerp nog beter.
Bij spread 1: Pak elkaar bij de handen en voeten
De haasjes stoeien met elkaar.
Ze houden elkaars handen, voeten en oren vast.
Waar zitten je handen?
Waar zitten je voeten?
Waar zitten je oren?
Maak eerst een kringetje. Handen vast.
Ga in de kring zitten op de grond.
Doe nu alle voeten tegen elkaar.
Hoe doe je dat?
En daarna: handen vast én voeten tegen elkaar.
Bij spread 1: Drie haasjes hoppeladie
Doe de bewegingen bij het liedje Drie haasjes hoppeladie van de CD Billen Buikje Boelieboem.
Bij spread 1: Roeren in de pan
Mama roert in een grote pan.
Doe mama na en roer ook 10 x .
Maak grote bewegingen.
Als je genoeg plastic bakjes en lepels hebt, geef elk kind dan een bakje en een lepel.
Hardop tellen en roeren.
Roeren is: je lepel over de bodem van het bakje ronddraaien.
Bij spread 2: Tafeldekken
De haasjes gaan tafeldekken.
Laat de kinderen meehelpen.
Geef elk kind in de keuken een beker en een bordje.
Iedereen mag de spullen op tafel zetten op zijn/haar plekje.
Benoem alles wat je verder op tafel zet.
Benoem ook wat je doet.
Bij spread 2: Tafeldekken
Doe de bewegingen bij het liedje Tafeldekken van de CD Billen Buikje Boelieboem.
Bij spread 2: Stapelen en balanceren
De haasjes lopen met een stapel bakjes en een stapel bekers.
Kun jij ook goed stapelen?
Wat kun je allemaal stapelen?
Kun jij ook een hoge toren maken van bekers en die dragen?
Breng de stapel van de keuken naar de tafel.
In het boekje Babba Baby kusjes en knuffels stapelt Babba Baby allerlei knuffels op elkaar.
Kunnen jullie dat ook?
Aan het eind van het verhaaltje is de toren van knuffels zo hoog dat-ie omvalt.
Ze krijgen allemaal kusjes en knuffels.
Bij spread 3: Op de kruk, onder tafel, achter de tafel, op een stoel, aan tafel
De haasjes doen van alles, maar ze zitten niet aan tafel.
De een staat op een kruk.
De ander zit onder tafel.
Mama zit op een stoel.
Een haasje zit (misschien) op een stoel aan tafel.
Bespreek samen wat de haasjes allemaal doen.
Geef kleine opdrachten zoals:
Ga onder de tafel zitten.
Ga op je stoeltje staan.
Ga achter je stoeltje staan.
Ga op je stoeltje zitten.
Ga naast je stoeltje zitten.
Bij spread 4: Kleuren zoeken
De haasjes moeten van mama iets roods, geels of groens van tafel kiezen om te eten.
Wie ziet er iets roods/geels/groens hier in de kamer/speelzaal/speelruimte?
Loop er maar heen.
Hoe heet dat? Wat is dat?
Kun je dat eten?
Bij spread 4: Eten moet wel te eten zijn
Doe de bewegingen bij het liedje Eten is lekker van de CD Billen Buikje Boelieboem.
Bij spread 4: Mikken
De haasjes moeten van mama hun bakje vullen met eten.
Pak grote emmers.
Pak al het plastic speelgoedeten dat je hebt.
Elk kind mag iets in de emmer mikken.
Bij spread 5: Kruipen, lopen en op je tenen staan
De haasjes pakken speelgoed en zetten het op tafel.
Eén haasje kruipt over de grond.
Eén haasje draagt een pop.
Eén haasje legt een auto op de hoge tafel.
Geef elk kind een speelgoedding.
Kruip ermee over de grond.
Draag het ding door de ruimte.
Leg het voorwerp op een hoog oppervlak, zodat je op je tenen moet staan.
Bij spread 6: Balanceren met een lepel
De haasjes laten een tomaat op hun lepel balanceren.
Geef elk kind een lepel. Leg er een plastic bal of tomaat of iets anders op.
Kun je ermee loepen zonder dat de tomaat eraf valt?
Bij spread 7: De tafel afruimen
De haasjes gaan de tafel afruimen.
Laat de kinderen meehelpen.
Elk kind pakt zijn eigen beker en zijn eigen bordje.
Iedereen mag helpen opruimen.
Benoem alles wat er opgeruimd moet worden.
Benoem ook wat je zelf doet.
Bij spread 8: Spelen
De haasjes mogen spelen.
Wat doen de haasjes op de tekening?
Speel samen met een bal.
Ga in een kring op de grond spelen.
Benen wijd, voeten tegen elkaar.
Rol een foambal naar iemand toe.
Die rolt de bal weer naar iemand anders.
Noem steeds de naam van het kindje waar de bal heen rolt.
In de Lees- en Speelbrief staan nog meer leuke tips.
Deze Lees- en Speelbrief met tips, versjes en liedjes kun je via de mail aanvragen bij mij.
Van De drie haasjes bestaat een mooie poster.
Plastificeer de poster.
Knip de haasjespoppen uit, plak ze op stokjes en laat ze bewegen.
Doe de haasjes na.
Kijk voor posters ook in mijn Winkel.
________________________
Clowntje
Piet kan alles
Een prentenboekje over allerlei dagelijkse vaardigheden en bewegingen: telefoneren, buiten spelen: op één been balanceren, mama helpen met ramen lappen: hurken, rondjes draaien met je armen, op je tenen staan, bukken, buiten spelen: fietsen, mama helpen: een schaal in evenwicht houden, tanden poetsen, naar bed gaan: op je hoofd staan, rollen.
Dit boek is alleen nog bij de bibliotheek te leen.
Tips:
Speel het boek na. Stop even na elke bladzijde om de handeling uit te kunnen voeren.
Vraag na elke bladzijde: Kun jij dat ook?
In het boek zegt mama telkens wanneer Clowntje Piet het goed doet:
O, wat goed zeg, clowntje Piet.
Dat jij dat kan, dat wist ik niet.
Wanneer een kind het goed doet, zeg dan:
O, wat goed zeg, (naam van het kind)
Dat jij dat kan, dat wist ik niet.
Wanneer Clowntje Piet het fout doet, zegt mama:
Bijna goed, hoor, Clowntje Piet.
Dat jij dat kan, dat wist ik niet.
Wanneer een kind het 'fout' doet, zeg dan:
Bijna goed, hoor (naam van het kind).
Dat jij dat kan, dat wist ik niet.
__________________________
Mijn eerste Van Dale
Een voorleeswoordenboek voor kinderen vanaf 2 jaar met 750 trefwoorden, 750 versjes en 750 plaatjes.
Tips:
Kijk in de themalijst achterin het boek bij bewegen en lichaam voor de trefwoorden en kopieer de bijbehorende versjes en plaatjes.
Plak ze op een groot vel of maak pakketjes themakaarten.
Op de voorkant zet u het plaatje, op de achterkant de tekst.
Deze A-4tjes plastificeert u en bundelt u tot een themapakket.
Lees de rijmpjes voor.
Laat de kinderen het laatste woord hardop invullen.
Veel versjes zijn interactief.
Het is een raadsel of een doeversje.
Voer de opdrachtjes uit.
Lees een versje voor.
Laat de kinderen het bijbehorende plaatje aanwijzen.
Wijs het lichaamsdeel uit het versje bij jezelf aan.
Voorin Mijn eerste Van Dale zijn nog meer tips te vinden.
Activiteiten rond het thema billen MET MIJN EERSTE VAN DALE
Laat een aapknuffel zien.
Lees het versje van de aap voor.
Dag gekke aap
met je grote mond
en je lange staart
en je blote kont.© Betty Sluyzer, Liesbeth Schlichting, Marja Verburg
Laat de plaat van de aap zien.
Wijs de aap aan. Waar zit zijn kont?
Kunnen jullie ook op handen en voeten lopen, net als de aap?
Je kont, dat zijn je billen.
Kijk maar.
Laat de plaat bij billen zien.
Lees het versje voor.
Waar zitten je billen?
Ga eens op zoek.
In je trui
of in je broek?
© Betty Sluyzer, Liesbeth Schlichting, Marja Verburg
Vraag: wijs je billen eens aan.
Leg poppen en knuffels op tafel.
Waar zitten de billen van de poppen en knuffels?
dansen
Lees het versje bij dansen voor.
Dansen in een rondje.
Schudden met je kontje.
Heen en weer, heen en weer.
Doe het dansje nog een keer.
© Betty Sluyzer, Liesbeth Schlichting, Marja Verburg
Kunnen jullie je billen bewegen?
Net als deze kinderen?
poep
Laat de plaat van poep zien.
Dit komt ook wel eens uit je billen.
Lees het versje voor.
Bah, poep.
Kak op de stoep.
Trap er niet in.
't Is vieze troep.
© Betty Sluyzer, Liesbeth Schlichting, Marja Verburg
Poep is vies.
Maar weet je wat heel lekker is?
Drollenkoekjes.
Maak van papier of klei of echt deeg drolletjes.
Achterin het prentenboek Vies hè staat het recept.
Dit boek is in de bibliotheek te leen.
___________________________________
MIJN TWEEDE VAN DALE
HET KLEUTERWOORDENBOEK
Mijn tweede Van Dale
is een speels voorleeswoordenboek voor kinderen vanaf 4 jaar.In 300 verhaaltjes en versjes worden 1000 abstracte woorden op een heldere en grappige manier uitgelegd.
Martine en Betty hebben ieder 150 verhaaltjes geschreven over heksen, mollen, piraten, uilen, kinderen, opa's, oma's, dinosaurussen en nog veel meer.
In die verhaaltjes komen alle moeilijke woorden voor.
Doordat ze in een verhaaltje staan, is het veel gemakkelijker om de woorden te begrijpen.
Onder elk verhaaltje staan een tip over hoe je verder kunt filosoferen over het onderwerp en een simpele definitie.
Er staan echt heel veel trefwoorden en verhaaltjes in die iets met lichaam en bewegen te maken hebben.
Ik noem er een paar:
adem, allergisch, besmettelijk, blazen, bloot, doof, handicap, hijgen, jeuk, jong, lenig, proeven, zindelijk, zwanger
UITWERKING VAN EEN TREFWOORD UIT MIJN TWEEDE VAN DALE
Uit de gesprekjes komt een vraag of een begrip naar voren. Bijvoorbeeld: de helft. In Mijn tweede Van Dale worden dit soort begrippen op een grappige en informatieve manier uitgelegd. Kijk dus eerst in het boek om te zien hoe wij het doen.
ill: Paula Gerritsen bij het versje De helft uit Mijn tweede van Dale
de helft (deel, delen, half, heel)
Paard krijgt een taart van vriend Konijn.
‘Een hele
taart,’ zegt Paard. ‘Wat fijn.’
Konijn zegt: ‘Ho Paard, nee.
Die taart is voor ons alle twee.
Ik lust ook taart hoor, net als jij.
Een deel van de taart is mooi voor mij.
Je moet de taart dus met me delen.
Hoe je dat doet, kan mij niet schelen.
Maar wel in twee gelijke stukken.
Twee halve taarten, dat moet toch lukken?’
Paard zegt: ‘Ja, maar ik ben groot en jij bent klein.
Dus mag mijn helft best groter zijn.’
‘Je snapt er niks van,’ zegt Konijn.
Leuke vraag: Snap jij wel wat de helft is? Kan de ene helft groter zijn dan de andere?
Definitie: De helft van iets krijg je als je het in twee even grote stukken verdeelt.
Hieronder een uitwerking van hoe je het trefwoord 'de helft' zou kunnen doen in de kleutergroep.
Bespreek eerst aan de hand van een concreet voorwerp, bijvoorbeeld een appel, een koek, een banaan wat de helft is.
Stel vragen als: zijn twee helften altijd even groot? Hoe doe je een koek doormidden?
Stel de vragen die wij in het boek geschreven hebben.
Lees zo je wil de definitie voor.
Lees het versje voor dat staat bij het trefwoord 'de helft'.
Snapt iedereen de grap?
Praat na over het verhaaltje of het versje.
Ga nu van andere voorwerpen de helft bepalen.
Stel gekke vragen als: wat is de helft van een hond?
Mijn tweede Van Dale themaboekje JE LICHAAM
In het
Mijn tweede Van Dale themaboekje: Je lichaam staan 21 verhaaltjes en versjes uit het grote boek.
In dit prentenwoordenboekje komen de volgende trefwoorden voor: adem, anders, automatisch, besmettelijk, zich bezeren, blind, doof, gapen, handicap, operatie, oplossen, prikken, rillen, ruiken, slap, stijf, verschillen, voelen, ziek, zindelijk en zwanger.
______________________
MIJN DERDE VAN DALE
HET SAMENLEESWOORDENBOEK
Mijn derde Van Dale
is een speels samenleeswoordenboek voor kinderen vanaf 6 jaar.In 320 verhaaltjes worden 320 woorden met meer dan één betekenis op een heldere en grappige manier uitgelegd.
Martine en Betty hebben ieder 160 verhaaltjes geschreven over apen, skeletten, astronauten, honden, koks, uitvinders, detectives, spinnen, kinderen, boeren, gevangenen, matrozen, aardige en supervervelende mensen, opa's, zussen, broers en nog veel meer.
In die verhaaltjes komen alle woorden voor.
Doordat ze in een verhaaltje staan, is het veel gemakkelijker om de woorden te begrijpen.
Ook in Mijn derde Van Dale staan veel trefwoorden en verhaaltjes die iets met lichaam en bewegen te maken hebben.
Ik noem er een paar: achterste, arm, been, bot, branden, bril, duimen, enkel, gewicht, gezicht, hangen, hoofd, klappen, kop, krabbelen, nagel, overgeven, schop, sportief, springen, wild.
© Betty Sluyzer